“De toekomst valt niet te voorspellen, maar het verleden geeft wel inzicht.”

Liesbeth van der Horst is directeur bij het Verzetsmuseum. Dit museum laat zien hoe het dagelijks leven van mensen eruitzag tijdens de Tweede Wereldoorlog, over hun keuzes, omstandigheden en dilemma’s.
Wat kunnen wij daar vandaag de dag nog van leren? “Mensen moeten beseffen dat onze vrijheid niet vanzelfsprekend is.”

Bij het thema verbeeldingskracht moest ik direct aan jullie museum denken. Een aantal jaar geleden bezocht ik in het Verzetsmuseum een tentoonstelling over kinderen die in de oorlog naar het platteland gebracht werden. In onze familie ging het verhaal “oma is in de oorlog naar Friesland gelopen”, verder spraken we daar niet over. Pas in het museum kon ik me er wat bij voorstellen, hoe het moet zijn geweest om zo ver weg te zijn van familie voor onbekende tijd.
Hoe doen jullie dat? Hoe maken jullie dat verleden, wat voor jonge mensen toch ver van hun bed is, zichtbaar?

We doen dat aan de hand van drie pijlers. Ten eerste door verhalen persoonlijk te maken, zodat mensen zich kunnen inleven. Ten tweede door de vormgeving van onze tentoonstellingen. De collectie is vrij basic, de stukken zijn vaak papieren. Dat spreekt niet voor zich, en er zijn weinig foto’s uit die tijd. Daarom ondersteunen we de collectie met vormgeving, bijvoorbeeld bij de tentoonstelling ‘Naar de boeren’ waar we het net over hadden, deden we dat met een boot en een kade.

En tenslotte: we laten teksten lezen door de doelgroep. Om na te gaan of de lezers geraakt zijn; of het begrijpelijk is. Zo maken we een goede tentoonstelling die het verhaal ook echt overbrengt.

Wat maakt dat dat verhaal nu nog relevant is?

We willen inzicht geven in menselijk handelen. Dingen kunnen erg uit de hand lopen; mensen nu moeten zich realiseren dat welvaart en vrijheid niet vanzelfsprekends zijn. Dat zien we op andere plekken op de wereld, en die link leggen we ook in het museum. Maar het is niet alleen maar een ver-van-je-bed-show. Je weet niet wat er kan gebeuren. Het zou weer mis kunnen lopen.

Ik las een column van historicus Maarten van Rossum, waarin hij zegt: “veel nut heeft kennis van het verleden niet, je kunt er de toekomst niet mee voorspellen en er geen beleid op baseren.”
Denk je dat we überhaupt kunnen leren van het verleden?

De toekomst valt zeker niet te voorspellen en beleid maken op basis van het verleden kan nauwelijks. Situaties zijn steeds verschillend; er zijn andere omstandigheden en factoren die op elkaar inwerken. Dus in die zin ben ik het wel met Van Rossum eens. Maar het verleden geeft wel inzichten in menselijk handelen. Er zijn mechanismes en patronen die zich herhalen, en dat inzicht is zeker wel nuttig.

Wat heeft verbeeldingskracht met verzet te maken?

Het verleden kan inspireren tot een actieve houding in het heden. Mensen die persoonlijk geraakt zijn door de verhalen uit de oorlog, kunnen daardoor maatschappelijk betrokken raken. Dan is het verleden een inspiratiebron.”

Wat helpt verder om in verzet te komen?

Verzet in een oorlogssituatie vergt vooral moed. Dat is nog belangrijker dan politieke overtuiging. De meeste mensen zijn niet heel moedig; er zijn maar weinig mensen die het in zich hebben om hun leven te riskeren voor het verzet. Dat heeft vooral met karakter te maken. Daarnaast spelen omstandigheden een rol: tijdens de Tweede Wereldoorlog waren er bijvoorbeeld veel meer jonge ongebonden mensen in het verzet, dan mensen met een gezin.

Opvallend dat je dat zegt: ‘de meeste mensen zijn niet heel moedig’. Vaak hoor je dat mensen van zichzelf denken dat ze heus wel in het verzet waren gegaan, als ze tijdens de oorlog hadden geleefd.

Ja, en toch zien we vaak dat mensen dat niet meer zeggen als ze bij ons zijn geweest. Ik denk ook dat je het heel moeilijk kan voorspellen van jezelf. Als de dreiging echt is, wat doet dat met je? Dat is voor ons bijna niet voor te stellen.

Mensen met een bepaald karakter, die nu ook optreden tegen onrecht en moedig zijn, geef ik een grotere kans om ook echt in verzet te komen. En mensen die nu al bang zijn en weglopen als het moeilijk is, geef ik een kleine kans. Maar toch: het blijft niet echt te voorspellen.

Dat weinig mensen de moed hadden voor verzet bedoel ik niet als kritiek: het is gewoon een feit dat maar weinig mensen veel durven. Vroeger namen de meeste verzetsmensen het de anderen, die niet actief waren in het verzet, ook helemaal niet kwalijk. Zij begrepen dat niet iedereen dat aankon en aandurfde. Pas later, na de oorlog, werden mensen erg kritisch over de mensen die zich niet actief hadden verzet.

Welke impact hopen jullie te maken?

Dat mensen zich realiseren dat we het in Nederland heel erg goed hebben. Dat we de democratie en de rechtsstaat blijven waarderen. Je ziet nu mensen die de link leggen tussen de Tweede Wereldoorlog en de maatregelen tegen corona: die hebben het gewoon echt niet begrepen. De vervolging en terreur tijdens de oorlog waren van een totaal andere orde. Wij willen inzicht geven in die geschiedenis.  Wij willen dat mensen beseffen dat onze huidige vrijheid heel waardevol  is, en niet vanzelfsprekend. Oorlog zou ons ook kunnen overkomen.

Foto: Verzetsmuseum

 

In de komende periode onderzoeken we wat verbeeldingskracht precies is, hoe verbeeldingskracht tot uiting komt en of je dat ook kunt trainen. Dat doen we in een e-book waarmee je zelf aan de slag kunt. In 7 hoofdstukken met theorie en reflectieopdrachten nemen we je mee langs deze thema’s. 

Wil je verder lezen? 

Elke zondag een inspirerende overdenking in je mailbox?

Met bijpassende reflectievragen om zelf mee aan de slag te kunnen. Meld je hieronder aan. ⬇️

* indicates required