“Wij vinden het tof om te investeren in wat de kerk doet”, zei moeder Linda in het programma ‘Waar doen ze het van?’, waarin vier gezinnen met verschillende inkomens en uitgavenpatronen een half jaar lang worden gevolgd. Linda en haar man Peter geven bewust een tiende van hun inkomen, 10% dus, aan de kerk. Voor hen is dat 450 euro per maand. Dat is interessant!, dacht ik. Laat ik een blog schrijven over waarom eigenlijk veel meer mensen een tiende van hun inkomen weg zouden moeten geven.
Er zijn genoeg Bijbelteksten te vinden die dat argument ondersteunen. Zo staat in het eerste deel van de Bijbel, het Oude Testament, in het boek Leviticus (wat ook deel uitmaakt van de Torah en daarmee ook belangrijk is in het Jodendom) hoofdstuk 27 vers 30: “Van de opbrengst van het land, zowel de gewassen op de akkers als de vruchten aan de bomen, is een tiende als heilige gave voor de Heer bestemd” (Nieuwe Bijbelvertaling 21). Of in Deuteronomium 14 vers 22 waar staat: “Ieder jaar moet u een tiende deel van de opbrengst van uw akkers afdragen.” Duidelijk, dacht ik.
Totdat ik niet alleen naar het Oude, maar ook naar het Nieuwe Testament ging kijken. Mattheüs, een volgeling van Jezus, schrijft in hoofdstuk 23:23 dat Jezus zei: “Wee jullie, Schriftgeleerden en farizeeën, huichelaars, jullie geven tienden van munt, dille en komijn, maar veronachtzamen wat in de wet zwaarder weegt: recht, barmhartigheid en trouw, terwijl men het een zou moeten doen zonder het andere te laten.”
Wat zegt Jezus hier nu eigenlijk? Hij heeft het tegen de Schriftgeleerden en farizeeën, de religieuze leiders van die tijd en mensen die bij uitstek de Joodse wetten kenden en zich eraan hielden. Zij hielden zich dus aan het geven van een tiende van de opbrengst van het land, zoals in Leviticus 27:30 staat. Maar dat niet alleen, ze gingen zelfs nog een stapje verder en gaven niet alleen een deel van het koren en ander essentieel voedsel van het land. Ze hadden het geven van een tiende uitgebreid tot zelfs munt, dille en komijn, wat kleine veldvruchten en kruiden zijn. Deze religieuze leiders waren druk bezig om het tiende deel te geven, zoals het hoort. Maar daarbij vergeten ze volgens Jezus iets essentieels, namelijk recht doen, barmhartig zijn en trouw.
Mijn eerste plan voor de blog kon ik dus wegstrepen. Jezus zegt hier dus dat een tiende geven niet een doel opzich is, dat het in een breder geheel staat. Het zette me aan het denken. Waar gaat geven eigenlijk over? Gaat het over filantropen, rijke mensen zoals Bill Gates en Jeff Bezos die miljarden van hun vermogen weggeven? Moet je veel hebben om te kunnen geven?
Nee, ik denk het niet. Niet het geven zelf is uiteindelijk belangrijk, maar de intentie waarmee je het geeft. Om te geven heb je een innerlijke vrijheid nodig. Om oprecht en van harte te kunnen geven zal je moeten loskomen van materieel bezit. Pas luisterde ik de boeiende podcast ‘Dit dus!’ met Sander Schimmelpenninck over rijkdom. Het ging over hoe geld een afgod kan worden. Iets wat je bewust of onbewust aanbidt en dat centraal gaat staan in je leven. Als mensen rijk worden trekken ze zich vaak terug, bouwen ze hoge hekken om hun grote huizen en wordt alles eraan gedaan om de rijkdom te beschermen. Geven wordt dan steeds lastiger en Jezus zegt in Mattheus 6:21 “Waar je schat is, daar zal ook je hart zijn.” Je bent uiteindelijk wat je liefhebt en wat je aanbidt. Als dat je bezit is wordt geven wordt steeds lastiger.
“Niet het geven zelf is uiteindelijk belangrijk, maar de intentie waarmee je het geeft.”
Niet alleen voor extreem rijke mensen, maar ook voor jou en mij kan geven best lastig zijn. Regelmatig word ik bij het station of op andere plekken aangesproken door daklozen. Ik vind het best lastig hoe ik daarmee om moet gaan. Het zijn ook gewoon mensen en het is goed om hen te zien staan en te helpen waar het kan. Aan de andere kant ga ik ze eerlijk gezegd ook het liefste uit de weg en voelt het ongemakkelijk. Pas sprak een dakloze man me aan bij de supermarkt en zei hij al twee dagen niet gegeten had. We zijn toen samen de supermarkt in gegaan, hij heeft eten uitgezocht en ik heb afgerekend. Dat vond ik best even spannend, maar toch ook belangrijk om wel doen. Niet dat het gaat om mijn voorbeeld, (Jezus zegt in Mattheus 6:3 “Als je iets uit barmhartigheid geeft, laat dan je linkerhand niet weten wat je rechterhand doet.” Met andere woorden: loop niet te koop met je goede daden), maar het kan best uitdagend zijn om te geven.
Het wordt makkelijker om te geven als je loskomt van de focus op het materiele, op het ‘hebben.’ Als je een innerlijke vrijheid hebt, als je een basis en fundament hebt om op terug te vallen, heb je ook niet veel meer te verliezen. Als je leeft vanuit het genoeg, kan je ontspannen in de wereld staan. Om te geven maakt het dan ook niet meer uit of je €100 of €100.000 op je bankrekening hebt staan. Bij financiële vrijheid gaat het vaak over beleggen, over passief inkomen genereren zodat je eerder met pensioen kunt en financieel vrij bent. Maar is échte financiële vrijheid niet dat je kunt leven zonder financiële plannen, wallets en koersen en in plaats daarvan met open handen kunt staan en kunt ontvangen wat komt. Dat is best lastig en vraagt een stuk overgave. Je erkent dan dat je het leven en je financiële situatie niet helemaal in de hand hebt, maar afhankelijk bent van anderen en perioden van voorspoed en financiële welvaart en van tegenslag en krapte zich afwisselen. Ik denk dat op zo’n manier leven, die best wel tegen de huidige cultuur ingaat, je dichter bij de basis brengt. Dat je je laat verrassen door wat op je pad komt en leert accepteren wanneer het financieel ploeteren is.
Het is ook niet zo vreemd dat ontspullen en goeroes als Marie Kondo zo populair zijn. In de Netflix-documentaire ‘The Minimalists: Less is Now’ wordt de focus op spullen verzamelen en accumuleren bevraagd. Wat is uiteindelijk écht van waarde in het leven? Zijn dat spullen of herinneringen? Wat gebeurt er als je een maand lang elke dag iets weggeeft uit je huis, mis je dan wat? Welke leegte proberen we op te vullen met spullen? In de documentaire wordt de vinger op de zere plek gelegd en het zet ons idee van welvaart en een goed leven op z’n kop. Wat als een goed leven juist minder is in plaats van meer? Wat als geven je juist rijker maakt in plaats van armer?
“Als je een innerlijke vrijheid hebt, als je een basis en fundament hebt om op terug te vallen, heb je ook niet veel meer te verliezen.”
Want kunnen geven gaat dus over loslaten, maar ook over kunnen leven met tekortkomingen, met minder en met onvervulde behoeftes. Door te geven erken je dat jouw behoeftes niet op de eerste plaats staan. Het geld dat je weggeeft had je ook voor bijvoorbeeld een VanMoof fiets kunnen gebruiken en de tijd die je geeft als vrijwilliger had je ook kunnen gebruiken om met vrienden op het terras te gaan zitten. Door te geven zet je die dingen waar je zelf misschien beter van zou worden op een lagere plaats dan het geen wat je geeft. Waar willen ontvangen en verzamelen vooral de blik naar binnen richt, zorgt kunnen geven voor een blik naar buiten. Wat speelt er om mij heen en wat kan ik daarin geven of bijdragen? Ik geloof dat kunnen en durven geven je een ander mens maakt, meer ontspannen, open, empathisch, liefdevol, leven vanuit overvloed.
Concluderend gaat geven dus over veel meer dan over een vast deel van je inkomen geven. Het gaat om een innerlijke houding waarbij je niet krampachtig aan je bezit of tijd probeert vast te houden, maar gul geeft vanuit innerlijke vrijheid. Geven maakt gelukkig en dat blijkt ook uit wetenschappelijk onderzoek. Toch is geven niet gemakkelijk en dit deel van een gebed van Franciscus van Assisi (1181-1226) herinnert mij er telkens weer aan waar het om gaat:
Laat mij niet zoeken getroost te worden, maar te troosten,
niet begrepen te worden, maar te begrijpen,
niet bemind te worden, maar te beminnen.
Want het is toch door te geven, dat men ontvangt
door te verliezen, dat men vindt
door te vergeven, dat men vergiffenis ervaart
door te sterven, dat men verrijst tot het eeuwige leven. Amen.
Ontdek de kracht van geven!
Tijdens de Holy Hub Fair kun je niet alleen je waar uitstallen op een parel van een plek in het hart van Amsterdam. Maar je kunt een ander ook blij maken door spullen weg te geven of te verkopen. We zamelen in het bijzonder spullen in voor pas gearriveerde vluchtelingen die power banks, telefoons, en laptops goed kunnen gebruiken. Wat heb jij te geven?

Over Tabitha: Ik ben dit jaar de Jonge Theoloog des Vaderlands en content maker bij Holy Hub. Ik vind het belangrijk om de vragen van (jonge) mensen te verbinden aan de christelijke bronnen en traditie. Die wijsheid en inspiratie werpt licht op moderne vragen en uitdagingen, zoals prestatiedruk, eenzaamheid en hoe je goed kunt leven. Je kunt me ook volgen via: www.tabithavankrimpen.nl.
Elke zondag een inspirerende overdenking in je mailbox?
Met bijpassende reflectievragen om even bij stil te staan. Meld je hieronder aan. ⬇️